Het Stropersbos – Stekene
Vertrekpunt: Parking The Lakehouse, De Stropersstraat 63, 9190 Stekene
Naast viswinkel ‘De Hollandse viscentrale’ en grote parking van Donckers. T.o.v. Parking Fort Sint-Jan (zéér kleine parking, zie kaartje)
Moeilijkheidsgraad: makkelijk – stapper
Bewegwijzering: zeskantige bordjes (groen, rood, blauw) en Wandelnetwerk Moervaartvallei
Veldkrekelwandeling
Afstand: 4,2 km
Bewegwijzering: Groene zeskantige bordjes of wandelknooppunten: 68-75-74-77-76-68.
Combinatie Veldkrekelwandeling en Koningswoudwandeling
Afstand: 8 km
Bewegwijzering: Rode zeskantige bordjes of wandelknooppunten: 68-75-64-72-82
Je kan dan via het Oude Klingspoor naar knooppunt 81 wandelen.
Of je blijft de rode bordjes volgen zodat je wat later terug op een knooppuntenroute komt.
Wandelknooppunten: 73-74-77-76-68.
Aan de Lange Vaag (knooppunt 77) kan je een ommetje maken langs het oude klingspoor naar de Oude Statie, Buitenstraat 7, 9170 Sint-Gillis-Waas (wandelknooppunt 79-78) waar je kan genieten van een drankje.
Ommetje langs Oude Statie en NL
Afstand: +2,5 km
Bewegwijzering: wandelknooppunten: 79-78-94-93-77
Op de Veldkrekelwandeling zijn geen honden toegelaten omdat je door het begrazingsblok loopt en honden de grazende dieren kunnen opschrikken !
De landsgrens vormt de scheiding tussen twee waardevolle natuurgebieden: het Stropersbos, strekt zich uit langs de Belgische kant van de grens, op het grondgebied van de gemeenten Stekene en Sint-Gillis-Waas, de Clingse bossen aan de Nederlandse zijde. Samen met de aanpalende groengebieden vormt het Stropersbos één van de grootste bos- en natuurgebieden in Oost-Vlaanderen (300 ha).
Het is een niet te missen natuurparel met zijn statige dreven, waardevolle elzenbroekbossen, open plekken met heide en zijn grote grazers ! Door het gebied loopt de Bedmarlinie, die tijdens de Erfenisoorlog (1703) een belangrijke verdedigingswal vormde tegen onze noorderburen.
Tijdens de twee wereldoorlogen was het bos erg geliefd bij stropers en smokkelaars die goederen uit Nederland over de grens brachten. Toch dankt het bos zijn naam niet aan deze smokkelpraktijken, maar wel aan de naam van de familie die lang eigenaar van het gebied was, familie De Stroper.
Als je het Stropersbos verkent, kan je genieten van een gevarieerd landschap. De natte gedeelten van het natuurgebied vormen de ideale biotoop voor de zwarte els en waterviolier. Op diverse plaatsen in het bos werden open vlaktes gecreëerd door naaldbos te kappen. Op die manier krijgen de in de bodem aanwezige zaden van heideplanten opnieuw ruimte om te bloeien. ’s Zomers grazen hier schapen zodat de jonge heide niet opnieuw verbost. Deze jonge heide, met her en der bosjes en kreupelhout, wist meteen enkele nieuwe gasten te strikken. Zo is de boomleeuwerik weer van de partij en op zwoele zomeravonden hoor je de veldkrekel vrolijk zuiders tjirpen. In het zuidelijke gedeelte van het bos kan de wandelaar gallowayrunderen of konikpaarden tegen het lijf lopen. Deze grote grazers zorgen voor een lappendeken van grasland, bosjes en struikgewas. Tenslotte zijn er ook nog zones droog tot vochtig gemengd bos met grove den,zomereik, es en berk waar eekhoorntjes en haviken zich thuis voelen.
Als je het Laarzenpad volgt (blauwe rechthoekige bordjes, zéér slecht bewegwijzerd), ontmoet je zeker de kudde Konikspaarden tegen die hier altijd grazen. Het Laarzenpad is echter soms moeilijk te vinden en het kan ook zéér modderig zijn; laarzen zijn echt noodzakelijk in winter, lente en herfst !